Vertel jouw reisverhaal met foto’s
Door alle nieuwe indrukken in die prachtige omgeving heb je voordat je het weet zo’n 1500 spontaan gemaakte vakantiefoto’s bij elkaar geschoten, zonder samenhang en zonder planning. En dat, terwijl er met een goede voorbereiding en focus zoveel meer uit een vakantiereis te halen is…
Reisfotografie is niet echt een genre, het is meer een woord dat aangeeft dat de foto’s ergens anders zijn gemaakt dan in je thuisland. Landschapsfoto’s worden reisfoto’s als ze in Ecuador gemaakt zijn en portretten worden reisportretten als ze in Bolivia zijn genomen. Met dat gegeven in het achterhoofd vraag je je af waarom een beginnend reisfotograaf van alles door elkaar heen schiet op reis.
Links een portret, rechts een architectuurfoto, recht vooruit een straatbeeld. Op reis kan dat blijkbaar allemaal, terwijl dezelfde fotograaf thuis wèl van tevoren bedenkt wat hij gaat fotograferen. In het normale dagelijkse leven werk je veel thematischer als je aan het fotograferen bent.
Op reis is het vrijheid-blijheid, alles mag en niets hoeft. Daarmee verwarren veel fotografen reisfotografie met vakantiefotografie. Tijdens een vakantie kun je overigens prima reisfoto’s maken, als je het maar serieus neemt.
Thema’s
De meeste reisfotografen hebben een aantal thema’s in hun hoofd waaraan ze iedere vakantie of reis opnieuw werken. Dat kan heel simpel zijn. Een onderwerp als ‘oude, verweerde deuren’ over de hele wereld kan een leuke kapstok zijn om een serie foto’s aan op te hangen. Je kunt jarenlang doorgaan met verzamelen en een grote hoeveelheid fotografische verweerde deuren op je wc-deur plakken. Het geeft je een soort van doel tijdens de reis.
Besef wel dat een dergelijk onderwerp iets anders is dan een echte thematische rode draad in je reisfotografie. Dat gaat veel verder. Echte thema’s tijdens reisfotografie gaan dieper dan het ééndimensionale van een deur. Want welk verhaal vertel je nou eigenlijk met al die verschillende deuren?
Als je tijdens je reizen het thema ‘mensen aan het werk’ uitdiept, kun je veel meer vertellen, bijvoorbeeld over cultuurverschillen of economische en sociale kwesties aan de kaak stellen. Veel beroemde fotografen hebben dit soort thema’s uitgediept tot schitterende series.
Mini-verhaaltjes
Een reis is een uitgelezen moment om sequenties te maken. Dat zijn mini-verhaaltjes die zich in een paar foto’s afspelen. Je kunt vrij snel een sequentie maken van een vrouw die haar hond aan het wassen is. Op foto één de hond nog vrolijk, niet wetend wat er gaat komen.
Op foto twee staat hij kwaad te zijn onder een deken van schuim. Als leuke afsluiter kun je dan nog een derde foto maken, bijvoorbeeld als de hond weggerend (gevlucht) is en de eigenaresse vertwijfeld om zich heen kijkt om haar huisdier te zoeken. Een sequentie kan echter nóg simpeler.
Denk aan een leeg treinstation dat in een kolkende mensenmassa verandert zodra de trein gearriveerd is en de mensen uitstappen. Belangrijk aan een sequentie is dat er iets verandert. Het is meegenomen als er ook nog iets humoristisch of onverwachts zit in je fotoserie(tje).
Er is geen vast aantal aan te geven voor een sequentie, maar drie foto’s is zo’n beetje het gemiddelde. Zorg er wel voor dat er geen overbodige foto’s tussen zitten. Een te uitgebreide sequentie die met minder beelden had gekund mist zijn doel.
Google Earth of Google Maps
Vooraf kun je je reisomgeving virtueel doorlopen, bijvoorbeeld met Google maps of Earth. Zo kun je zelf zien waar de interessante gebieden zijn, zonder teveel op de reisgidsen af te hoeven gaan. Je kunt virtueel wandelen door gebruik te maken van het poppetje dat je kunt droppen op een weg. Zo zie je misschien al dingen die alleen jij interessant vindt.
Een kinderweeshuis, een mysterieus paadje of een bijzondere, eeuwenoude boom die je ter plekke wel even beter wilt onderzoeken. Dit vooraf verkennen kost je betrekkelijk weinig tijd, maar scheelt veel onnodig gezoek ter plekke, want dan is je tijd erg kostbaar. In Google Earth kun je punaises zetten op interessante plekken, die je dan later weer kunt exporteren als gps-coördinaten.
De mooiste reisfoto’s worden genomen op locaties die nog niet platgelopen zijn door toeristen. Het is erg leuk om niet-geposeerde foto’s te maken van lokale bevolking. Geposeerde foto’s kunnen mooi zijn, maar ik hou zelf meer van foto’s van mensen die bezig zijn met dagelijkse activiteiten. Als je contact maakt en ze dan fotografeert in hun normale leven en omstandigheden heb je al snel foto’s die eruit springen.
Géén groepsreis!
Het boeken van een reis is weer een apart proces, zeker voor een reisfotograaf. Een groepsreis is meestal geen optie omdat je daar al snel bekend staat als degene die nooit luistert naar de gids en alleen maar achterop loopt om te fotograferen. Geen fijn uitgangspunt voor geslaagde reisfoto’s. Een speciale fotoreis biedt dan al snel meer mogelijkheden.
Daar staat het gezamenlijk doel fotografie voorop. De reisbegeleider is zelf ook vaak fotograaf en weet dat de deelnemers graag lang op één plek stoppen om foto’s te kunnen nemen. Ook op plekken waar normale vakantiegangers niet stoppen. Bovendien zie je zo (bijvoorbeeld tijdens nabesprekingen) ook werk van mede-reizigers, wat je weer extra motiveert voor de volgende dag.
Als je nog een stapje verder wilt gaan en je helemaal je eigen plan wil trekken, zit er niets anders op dan ticket en auto los te bestellen. Veel reisfotografen boeken niet eens een hotel, zodat ze flexibel zijn in hun tijd om ergens te blijven. Alleen op reis gaan is eigenlijk vaak wel het beste voor je fotografie, hoe ongezellig het ook klinkt.
Als je partner/familie toch meegaat, speek dan bijvoorbeeld ene paar uur per dag af dat je zelf op pad kunt gaan. In de zomer heb je tussen vijf en negen uur ’s ochtens al een halve dag om te gaan fotograferen en ben je toch gewoon op tijd voor het ontbijt. Je nachtrust wordt wel wat korter, maar alles voor een goede foto, toch?
Tegenslag hoort erbij!
Voor een perfecte reisfoto moeten veel puzzelstukjes op hun plek vallen. Het komt dus vaak voor dat je de echt geslaagde beelden op ėėn hand kunt tellen. Raak hierdoor niet gefrustreerd, het hoort erbij dat je netto weinig topbeelden per reis overhoudt. Het is wel verstandig om niet te krampachtig vast te houden aan wat je in je hoofd hebt.
Het weer kan een behoorlijke spelbreker zijn. Bedenk thuis al een plan B voor als het regent en google een paar mooie beelden in de in de regen gemaakt zijn ter inspiratie. Of maak een lijstje met binnenlocaties voor als de weergoden niet meewerken. Tegenslag is een woord dat heel erg hoort bij reizen en dus ook bij reisfotografie.
Wordt daar niet gedeprimeerd van maar probeer het als een uitdaging te zien. Veel reisfoto’s zijn gemaakt in situaties waarvan de fotograaf vooraf alleen maar had kunnen dromen.
Sommige dingen op reis kun je ook niet bedenken, soms is het ook gewoon een kwestie van loslaten. Je vindt het meest als je niet zoekt. Dus blijf altijd scherp en alert tijdens die regenachtige dag of terwijl je met autopech langs de weg staat, die ene mooie foto ligt altijd op de loer.
Voorbereiding
Houd je camera altijd gebruiksklaar bij de hand, met een allround zoomobjectief. Zo ben je voorbereid op die situaties zich maar één keer voordoen. En schiet veel opnames. Denk niet van, ach die foto maak ik straks wel. Vaak kom je namelijk niet op dezelfde plek terug of zijn de omstandigheden niet goed meer.
Als je weet wanneer bepaalde feestdagen of festivals zijn, kun je prachtige unieke foto’s maken. Zoals bijvoorbeeld bij de Semana Santa (heilige week) voor Pasen in Andalusië in Spanje.
Probeer je tijdstippen dat je gaat fotograferen dusdanig te plannen dat je familie of mede-reizigers er niet teveel last van hebben. Sta bijvoorbeeld vroeg op (je familie ligt dan nog in bed) om die prachtigs zonsopgang te fotograferen.
Probeer flexibel te zijn. Als je bijvoorbeeld niet de tijd hebt om te wachten tot het zachte avond- of ochtendlicht er is op de locatie waar je je net op het midden van de dag bevindt, zul je daar iets op moeten verzinnen. Door tientallen foto’s te maken kun je deze (hdr)opnames eenmaal thuis samenstellen in Photoshop.
Prijsvechters doen moeilijk over bagage…
Een veelvoorkomend probleem onder reisfotografen is het bagagebeleid van de luchtvaartmaatschappijen. Vooral de prijsvechters loeren op een overbeladingsfoutje, zodat ze extra geld kunnen vangen. Er hoeft maar een statiefpoot scheef uit je tas te steken of het kost je zo 100 euro extra. Houd hier altijd rekening mee bij het boeken van je ticket. Voor sommige tickets betaal je wat meer, maar dan weet je dat de maatschappij niet moeilijk zal doen over handbagage. Je kunt je ook afvragen wat er allemaal in de handbagage mee moet.
Heb je echt al die lenzen nodig?
En of je echt wel je hele arsenaal objectieven nodig hebt. Heb je die bij je vorige reizen wel allemaal gebruikt of zijn er een paar voor nop meegesleept? In een programma als Lightroom kun je mappen filteren op brandpuntsafstand, zo kun je zien hoeveel foto’s uit een map je met welk objectief genomen hebt.
Waren dat er slechts twee met 50mm? Dan kun je die net zo goed thuis laten. Een lichte bepakking is erg prettig voor een reisfotograaf en bevordert de creativiteit. Mocht je bijvoorbeeld toch ineens een groothoeklens nodig hebben en heb je hem niet meegenomen, maak dan twee foto’s met de normale lens en stitch ze naderhand aan elkaar in de nabewerking.
Het is aan te raden en misschien zelfs verplicht bij veel verzekeringen om lenzen, body’s en flitsers in de handbagage mee te nemen. Er wordt met ingecheckte koffers nogal eens gegooid. Als je een stoel in het achterste deel van het vliegtuig kiest, mag je vaak als eerste aan boord en weet je dus zeker dat je een plek hebt voor je apparatuur in het bovenvak.
Probeer je tas een paar rijen voor de jouwe te stallen, zodat je er goed zicht op hebt tijdens de vlucht. Een statief kun je wel goed in je ingecheckte koffer stoppen, dat kan vaak wel tegen een stootje. Wikkel hem desnoods in een strandlaken als extra bescherming. Als je ergens langere tijd naartoe gaat, kun je er ook nog voor kiezen om bepaalde dingen vooruit te sturen, bijvoorbeeld per pakketpost. Maar dit begint al aardig op verhuizen te lijken…
Cameraverzekering
De dekking van een standaard reisverzekering is vaak niet al te hoog, vaak maar maximaal 1000 euro voor alle elektronische apparatuur, laptop inbegrepen. Daar kom je niet ver mee als het hele fotospul wordt gestolen of het beschadigt. Sluit dus altijd een aparte apparatuurverzekering af, waarbij je de totale waarde van je apparatuur verzekert.
In veel gevallen moet je opgeven welke apparatuur je verzekert, met serienummers erbij. Let bij het afsluiten van een verzekering ook op het dekkingsgebied. Sommige dekkingen zijn voor Europa, andere voor de hele wereld. Ook belangrijk is het om te kijken of de verzekering voor hobbyfotografen of voor beroepsfotografen is.
Als amateur kan je dat een behoorlijk bedrag schelen per jaar. Heb je als beroepsfotograaf een amateurverzekering, dan heb je kans dat de polis helemaal niet uitkeert, als je tijdens je werk wordt bestolen. En let op het eigen risico.
Voor valschades is dit soms wel 250 euro per gebeurtenis. Een ander belangrijk punt is wat er wordt uitgekeerd: de dagwaarde (dat wil je niet) of de nieuwwaarde, zodat je hetzelfde object opnieuw kunt kopen. Klomps & Boor is een bekende apparatuurverzekeraar voor fotografen.
Responses