7 tips voor exotische reisportretten
Veruit de meest populaire richting in de fotografie is het fotograferen van mensen. Zo verwonderlijk is dat natuurlijk niet: heel ons leven bekijken we onze medeschepselen. Deze vaardigheden in het observeren komen je goed van pas wanneer je mensen fotografeert.
Als je op reis of op vakantie gaat is het ontmoeten van nieuwe mensen vaak één van de leukste dingen. En hoe bijzonder is het om zo’n ontmoeting vast te leggen in een portret? Maar hoe doe je dat en hoe ga je subtiel te werk voor een ontspannen blik? En mag je zomaar iedereen fotograferen?
In dit artikel 7 tips voor het vinden van de juiste locatie, de beste brandpuntsafstand en belichting en zaken waar je rekening mee moet houden voordat je begint te fotograferen.
1. Spontaan of geposeerd
Je kunt bijvoorbeeld inspelen op het al dan niet voorspelbaar gedrag van mensen. Vaak voel je aan of weet je wat er gaat gebeuren: de kunst is om dan op het juiste moment een foto te nemen. De ene keer moet je er snel bij zijn omdat mensen wel spontaan zijn maar over het algemeen niet erg graag poseren.
Als iemand juist graag op de foto wil en een standaardpose aanneemt (soms ook uit onzekerheid), probeer dan af te leiden zodat je het ware gezicht te zien krijgt.
En soms moet je geduld hebben, vooral op momenten waarbij je als fotograaf op de achtergrond moet blijven. In dat laatste geval komt de stille digitale camera goed van pas. Blijf echter altijd observeren en haal de camera pas tevoorschijn wanneer het juiste moment is aangebroken.
Soms komen locals speciaal naar een plek toe om er gefotografeerd te worden, voor geld. Ze dragen dan speciaal voor de gelegenheid folkloristische kleding en over the top hoofddeksels. Naar dit soort portretten ben je als reisfotograaf natuurlijk niet op zoek. Zoek dus iets verder dan je neus lang is en kijk eens in zijstraatjes buiten de geijkte hoofdstraat waar alle andere toeristen komen. Hier heb je meer kans op het vinden van een autentiek model zonder standaard lach.
2. Respect
Wees respectvol in het fotograferen van mensen. Maak geen foto’s als mensen duidelijk aangeven dat ze dit niet willen. Voor sommige volkeren is fotograferen taboe omdat ze geloven dat de ziel gestolen wordt.
Stel de mensen die je wilt fotograferen op hun gemak en maak een praatje met ze. Laat ze de foto zien op je schermpje, helemaal mooi is als je het ter plekke met een klein printertje kunt afdrukken en geven.
3. Portretrecht
Over wat wel en niet mag is nog steeds veel onduidelijkheid. Personen mag je juridisch gezien gewoon fotograferen in publieke ruimtes of op straat. Mondelinge toestemming voldoet echter niet altijd. Een geportretteerde kan op zijn/haar eerdere toestemming terugkomen.
Op zich is er dan nog niet veel aan de hand, behalve dat je de foto uit je portfolio zult moeten verwijderen. Als je de foto echter gepubliceerd hebt kan het wel vervelender worden. Een zogenaamde ‘quitclaim’ kan hierbij uitkomst bieden, zeker als je als professional aan de slag bent. Een model geeft hierin toestemming om de foto te gebruiken voor een bepaalde publicatie.
Meestal kom je er echter wel uit met gezond verstand. Vraag je altijd af of je het zelf leuk had gevonden om ‘zo’ op de foto te gaan. Als je iemand ziet die net voorover met zijn gezicht in een bord spaghetti is gevallen, dan kan het heel verleidelijk zijn om daar een foto van te maken. Je kunt de bezwaren echter wel op je klompen aanvoelen. Probeer mensen dus altijd respectvol op de foto te zetten, hiermee voorkom je de meeste problemen.
4. Geluk (heb lef)
Hoe kom je nou fotogenieke mensen tegen op reis? Voor een deel is dat toeval en geluk. Vaak zie je op onverwachte momenten een fotogeniek persoon aan het werk in het veld of aan de kant van de weg. Twijfel niet in zo’n geval en spreek de persoon aan. Of maak oogcontact en laat zien dat je een foto wilt maken. Vaak zegt de blik van de persoon voldoende of je een foto mag maken. Vaak vinden ze het leuk, zeker als je ze belooft een printje op te sturen.
In het begin vergt het wat moed om op een persoon af te stappen. En ook je overredingsvermogen is iets dat je zult moeten leren en verbeteren door het veel te doen. Maar je zult merken dat dit je steeds gemakkelijker afgaat en dat die enkele nul op je rekest veel minder zwaar weegt dan een gemiste fotokans.
5. Licht
Als je ooit eens hebt geprobeerd om een portretfoto midden op een heldere zonnige dag te maken weet je wat hard licht is en waarom het zo lastig is. Zonlicht geeft een grote hoeveelheid intens licht van slechts één lichtbron. En dat geeft harde lichtplekken op je foto. Daarbij komt ook nog dat mensen hun ogen dichtknijpen voor het harde licht. Dat ziet er niet echt mooi uit.
Er zijn twee manieren om hard licht te sturen. Dat is met een reflector of door een diffuser. Wat ook kan is het model met de rug naar de zon laten staan en inflitsen. Een flitsertje kun je ook gebruiken als het licht toch wat vlak wordt en je je model wat los wil maken van de achtergrond. Een opzetflitsertje met draaibare kop is ideaal, zo kun je via het plafond of een neutraal gekleurde muur indirect inflitsen voor een natuurlijk resultaat.
Natuurlijk licht kan alle kanten opgaan. Een zonsondergang geeft altijd een prachtige gloed op je model en een groene tl-lamp kan zorgen voor sfeer en rauwheid in je portret. Saai is licht eigenlijk bijna nooit als je op reis bent. Je model zal bijna altijd bereid zijn te verkassen ten gunste van beter licht.
Als iemand in een kleine ruimte bezig is, is het een kleine moeite hem/haar even in de deuropening te plaatsen, waar het buitenlicht beter op het gezicht valt.
Laat je niet beperken door de omstandigheden waarin je fotografeert, maar zet ze juist in om een mooi beeld te creëren.
6. Brandpuntsafstand
De brandpuntsafstand van een lens wordt weergegeven in millimeter. Bij een kleinbeeldcamera is dat voor een groothoek 28 mm, voor een gewone lens 50mm en voor een telelens vanaf 135 mm. Een praktische zoomlens moet dus ook ongeveer dit bereik hebben, maar dat is helaas vaak niet het geval.
Vaak is een gewone brandpuntsafstand aan te bevelen omdat die overeenkomt met wat ons oog waarneemt, maar binnen een afstand van één meter krijg je daarmee vertekende gezichten (dat is een veel gemaakte fout). Een portret met een 14mm ziet er heel raar uit. De neus van je model lijkt veel groter dan de oren, het wordt als snel een karikatuur. Daarom moet je voor close-up portretten een afstand van minimaal 1 meter aanhouden en een tele-objectief van rond 100 mm gebruiken.
Wil je grote menigten fotograferen dan gebruik je het beste een groothoek-objectief. Die zijn gemakkelijk in het gebruik omdat je een grote scherptediepte hebt, wat de kans op een onscherpe foto aanzienlijk verkleint.
Bovendien kun je met een groothoekobjectief mensen om de tuin leiden. Vooral wanneer je ze niet in het midden kadert, krijgen ze de indruk dat je iets anders wilt fotograferen.
Met een sterk tele-objectief kun je nodige afstand tot de te fotograferen personen bewaren. Een nadeel is wel dat de achtergrond als het ware tegen je onderwerp ‘aanplakt’. Daarnaast staan ook de ogen en de neus op één lijn. Bovendien sta je bij een telezoom op zo’n grote afstand van je model dat je je bijna niet verstaanbaar kunt maken en kunnen er mensen tussen jou en je model doorlopen waardoor het contact nóg meer verstoord wordt.
7. Camera-instellingen
Een reisportret is vaak snel gemaakt, een kwestie van minuten of seconden. Het is dan zaak je camera-instellingen goed op orde te hebben, zodat je daar bij een potentieel model niet te lang meer over na hoeft te denken.
Zorg dat je voor jezelf wat uitgangswaarden hebt voor een portret. Dat kan bijvoorbeeld 1/125 en f/5.6 bij iso 400 zijn. Met deze combi zit je bij gemiddeld daglicht redelijk goed. En daarnaast voorkom je met een sluitertijd van 1/125 bewegingsonscherpte.
Met een diafragma-opening van f/5.6 heb je nog een snel verloop van de scherpte, waardoor je model vrij van de achtergrond komt te staan. Bij een grotere diafragma-opening moet je erg oppassen dat je scherpstelt op de ogen, het vergt wat meer precisie.
Conclusie
De zeven tips in dit artikel kunnen je een heel eind op weg helpen om tot een mooie serie reisportretten te komen tijdens je vakantie of fotoreis. Besef echter wel dat het nooit alleen om techniek of compositie gaat. Want als dat zo is, sta je los van je onderwerp. Het belangrijkste is dat je je kunt inleven in de mensen die je wilt fotograferen. Leef je in in hun cultuur, situatie, leeftijd, et cetera en probeer ‘echt’ contact met ze te maken. Daarna begint het fotografie-gedeelte pas!
Alle foto’s bij dit artikel zijn gemaakt door: Michelle Peeters
Mooi artikel.
Uit eigen ervaring weet ik dat het opsturen van gemaakte portetfoto’s heel leuk is. Je krijgt leuke reacties enhoudt er ook mooie contacten aan overr.
Dat klopt inderdaad Gerrit, niemand zal bezwaren hebben als ze mooi geportretteerd worden en zeker niet als ze er ook nog eens een leuke foto aan overhouden!
Schitterende portretten, chapeau!